De Groene Amsterdammer
Industriële superroofdieren
Krill vormt een cruciale schakel in het Antarctische ecosysteem. Maar de visserij op deze lichtgevende garnaaltjes is sinds de jaren negentig verviervoudigd. Krill belandt massaal in voedingssupplementen. Of het dient als voer voor kweekzalm, zodat hij zo roze mogelijk wordt. Nu de vangstquota zijn versoepeld, maken wetenschappers zich ernstige zorgen.
Nathalie Bertrams, Ingrid Gercama en Tristen Taylor
6 maart 2025
Witte schuimkoppen dansen op de golven van de Straat Magellaan, de legendarische zeestraat bij Zuid-Amerika tussen Patagonië en Vuurland. De wind raast met harde rukken over het onstuimige water. Voor de haven van de Chileense stad Puntas Arenas ligt de Antarctic Endeavour, een tachtig meter lange vissersboot, voor anker. Binnenkort begint de trawler aan haar 1300 kilometer lange reis naar Antarctica, via de door zeelieden gevreesde Straat Drake, waarna het in de ijskoude wateren van de Zuidelijke Oceaan op krill zal vissen.
De Antarctic Endeavor mag wel opschieten. Met steeds grotere en efficiëntere schepen vissen vloten uit Noorwegen, China, Zuid-Korea, Chili en Oekraïne in de komende maanden minstens een half miljoen ton van de garnaalachtige schaaldiertjes uit de poolwateren. En wie het eerst komt, wie het eerst maalt. De opgeviste krill wordt gebruikt als grondstof voor omega-3-voedingssupplementen, in huisdierenvoer en als ingrediënt voor de kweek van zalm.
Antarctisch krill (Euphausia superba) speelt ook een cruciale ecologische rol in de Zuidelijke Oceaan. Miljarden van deze twee tot zes centimeter grote lichtgevende garnalen vormen enorme zwermen die zich over honderden vierkante kilometer uitstrekken – zelfs vanuit de ruimte zichtbaar. Tot dertigduizend van deze ongewervelde dieren leven in één kubieke meter water en kleuren de oceaan rood. Krill is een essentiële voedselbron voor zeehonden, pinguïns, vissen, zeevogels en walvissen en vormt de basis van een groots voedselweb op aarde. Zonder krill zakt het systeem ineen.
Een maximale vangstquota, vastgelegd in het ‘Verdrag voor het behoud van de levende rijkdommen in de Antarctische wateren’ (CCAMLR), is bedoeld om overbevissing te voorkomen en de mariene ecologie te beschermen. CCAMLR werd in 1982 door 27 partijen, waaronder Nederland, ondertekend. Vissersvloten mochten 620 duizend ton krill vangen in vier verschillende zones rond de Zuid-Orkney- en Shetlandeilanden, Zuid-Georgië en langs het Antarctisch Schiereiland. Elk gebied had afzonderlijke quota zodat individuele regio’s niet overbevist zouden worden. Onder dit systeem mocht rond het Antarctisch schiereiland slechts 155 duizend ton worden gevangen.
Maar dit beschermingsmechanisme is sinds dit visseizoen verleden tijd. Eind oktober – op de CCAMLR-conferentie in Australië – mislukte een belangrijke overeenkomst om de krillverordening te verlengen. Het besluit werd geblokkeerd door China en Rusland. Hoewel het geen voorpaginanieuw was, heeft dit enorme gevolgen voor de gezondheid van het oceaanleven. Vissersvloten hebben nu meer vrijheid. Wetenschappers wereldwijd maken zich zorgen.
‘Het was voor iedereen een schok,’ zegt de Duitse mariene bioloog Bettina Meyer van het Alfred Wegener Instituut in Bremerhaven, de Duitse vertegenwoordiger van de wetenschappelijke adviesraad van CCAMLR. ‘Als de visserij dat wil, kan ze nu alle 620 duizend ton krill in één enkel gebied vangen.’ Dat zou dramatische gevolgen hebben voor walvissen, zeehonden en pinguïns, die van het krill leven. ‘Ik wil niet zeggen dat de hele wereld op instorten staat. Maar we zien voortekenen die tot voorzichtigheid manen,’ waarschuwt Meyer.
De 620 duizend ton vissersquota die CCAMLR hanteert werd in 1991 vastgesteld. ‘Het is een soort magisch getal dat relatief weinig wetenschappelijke basis heeft,’ vindt Phil Trathan, een emeritus mariene bioloog aan de British Antarctic Survey, die deelnam aan meer dan twintig Antarctische excursies. ‘Ik denk dat vrijwel iedereen het erover eens is dat dit een behoorlijk conservatief getal is. Het is belangrijk om de vangst van krill zo te verdelen dat deze geen gevolgen heeft voor roofdieren.’
‘Vorig jaar bedroeg de hoogste hoeveelheid krill ooit gevangen 498.000 ton. En ik vrees dat het maximale quotum dit seizoen zal zijn uitgeput,’ zegt onderzoeker Dr. César Cárdenas van het Chileense Antarctische Instituut (INACH) in Puntas Arenas. Cárdenas is ook de huidige voorzitter van de CCAMLR wetenschappelijke adviesraad. Het versoepelen van de CCAMLR-regels zal met name de wateren rond het Antarctisch Schiereiland hard kunnen raken – een cruciaal leefgebied voor pinguïns, zeehonden en walvissen.
De visserij op krill, ooit een marginale activiteit, is sinds de jaren negentig verviervoudigd. In de jaren zeventig begon de Sovjet-Unie met de commerciële visserij op krill op Antarctica en viste gigantische hoeveelheden uit de zee. Na de ineenstorting van de USSR stagneerde de industrie. Maar, in de jaren 2000, kwam een nieuwe speler ten tonele: het Noorse biotechbedrijf Aker QRILL Company (voorheen Aker BioMarine). Het maakt deel uit van het miljardenconcern Aker Group, een beursgenoteerd bedrijf dat nauwe banden heeft met de olie- en gasindustrie, van de Noorse miljardair Kjell Inge Røkke. Ieder jaar vist Aker nu ongeveer 300 duizend ton krill rond Antarctica.
Het moderne kantoorgebouw van Aker QRILL Company in Oslo, glinsterend in de zomerzon, lijkt net een futuristische, glazen ijsberg. In een vergaderruimte zit duurzaamheidsmanager Pål Skogrand. Voor hem, op tafel, staan potjes met rode krilloliecapsules, door Aker geadverteerd als de ‘milieuvriendelijke premiumproducten uit de ongerepte wateren van Antarctica’. De voedingssupplementen zouden goed zijn voor de huid, het immuunsysteem en het hart. Ze zouden ook een genezend effect hebben op een groot aantal ziekten – van PMS tot kanker. Al waarschuwen critici dat de gezondheidsvoordelen niet afdoende wetenschappelijk bewezen zijn.
‘Krill is een onaangeroerde hulpbron,’ zegt Skogrand. Volgens hem kan krill bijdragen aan de voedselzekerheid voor de groeiende wereldbevolking. De VN Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) voorspelt dat de mondiale aquacultuurproductie tegen 2030 zal stijgen tot 106 miljoen ton. Studies gepubliceerd en gefinancierd door Aker laten zien dat krill als ingrediënt voor in de aquacultuur, de stresstolerantie van vissen kan bevorderen. ‘In een tijd waarin de vraag naar mariene-eiwitten groeit, kan krill een oplossing bieden,’ zegt Skogrand. Hij gelooft niet dat krillpopulatie in gevaar is: ‘Als je kijkt naar de verhouding tussen winningen en biomassa, is er geen duurzamere visserij.’
Matthew Savoca, een ecoloog en zeebioloog aan Stanford Universiteit in Californië die walvispopulaties bestudeert, ziet het anders: ‘Krillproducten lossen de wereldhonger niet op, noch ondervoeding of tekorten aan voedingsstoffen voor mensen. Als je gezond eet, heb je geen omega-3 nodig. Als we Antarctica willen behouden – voor de pinguïns, de walvissen of het mondiale klimaat, of wat voor reden dan ook – moeten we daar niet vissen.’
De meeste krillvangst is niet eens voor directe menselijke consumptie, maar gaat naar zalmkwekerijen. Die liggen bijvoorbeeld in de met bergen omzoomde diepblauwe baaien van de Hardangerfjord, niet ver van de stad Bergen, waar de zalm wordt gefokt die wij in onze supermarkten kopen. Noorwegen is ‘s werelds grootste exporteur van gekweekte zalm: jaarlijks exporteert het Scandinavische land ongeveer 1,2 miljoen ton zalm naar de EU, China en de VS. In 2050 zal dit naar verwachting ruim vier keer zoveel zijn.
De gekweekte zalm krijgt een mengsel van vismeel en visolie te eten, maar ook het krillmeel dat exclusief rond Antarctica wordt gevangen. Hoewel er plantaardige alternatieven bestaan die in de aquacultuur worden gebruikt, zoals algenolie, soja, erwten en tarwe, blijft krill vandaag de dag een centraal onderdeel van het voer. Het hoge gehalte aan astaxanthine, een natuurlijke antioxidant, geeft zalm namelijk de karakteristieke roze kleur die klanten gewend zijn.
‘Het gaat om de esthetiek van een luxeproduct,’ zegt Savoca. ‘Het is echt het domste ter wereld: gigantische schepen die fossiele brandstoffen verbranden, varen vanuit Noorwegen, China en Zuid-Korea naar de uiteinden van de aarde om voedsel te oogsten dat walvissen, zeehonden en pinguïns hard nodig hebben – alleen maar om onze zalm zo mooi roze te kleuren.’
In de meest zuidelijke haven van Chili staan kleine kleurrijke houten huizen dicht opeen, alsof ze elkaar tegen de kou willen beschermen. Puntas Arenas is het startpunt voor luxe cruises en wetenschappelijke expedities naar Antarctica, het zesde continent. Terwijl rijke toeristen tot wel twintigduizend euro betalen om ijsbergen en walvissen van dichtbij te zien, bestuderen wetenschappers in de havenstad het ecosysteem op het afgelegen en vaak onherbergzame gebied.
In het centrum van Puntas Arenas staat het witte koloniale gebouw van het Chileense Antarctische Instituut (INACH) waar de zeebioloog en CCAMLR-voorzitter César Cárdenas werkt. Een hemelsblauwe sneeuwscooter uit de jaren zeventig herinnert aan een tijd waarin Antarctica nog als ongerepte wildernis werd beschouwd. Expeditiefoto’s en levensgrote kartonnen pinguïns vormen vandaag het decor voor een wetenschappelijk symposium over klimaatrisico’s op Antarctica en het effect op krill, de basis van de Antarctische voedselketen.
Naast de visserij heeft de krillpopulatie namelijk te kampen met andere bedreigingen. In de afgelopen vijftig jaar is het Antarctisch schiereiland in een van de snelst opwarmende gebieden op aarde veranderd. Stijgende watertemperaturen en het verlies van zee-ijs verslechteren de levensomstandigheden van krill aanzienlijk. De garnaalachtige krabbetjes eten de algen die onder het zeeijs groeien. Minder ijs betekent minder voedsel voor krill, zegt Cárdenas.
Daarnaast belandt jaarlijks meer dan acht miljoen ton (micro)plastics in de oceanen. De giftige plastic deeltjes tasten het voortplantingssucces van de diersoort aan. Alarmerend is ook de toenemende oceaanverzuring, die krilllarven doodt. Wetenschappers waarschuwen dat de krillpopulatie in sommige regio’s in de Zuidelijke Oceaan tegen 2050 met wel vijftig procent zou kunnen afnemen. Dit zou dramatisch zijn voor het mondiale klimaatsysteem: krill transporteert namelijk dagelijks ongeveer 300 duizend ton koolstof naar de diepzee, waar het eeuwenlang blijft opgeslagen. Maar het heeft dus ook negatieve gevolgen voor roofdieren.
In Californië maakt ecoloog Matthew Savoca zich nu vooral zorgen over de walvispopulaties die enorm veel krill eten: ‘Als walvissen tijdens hun maanden op Antarctica niet genoeg te eten krijgen, kunnen ze niet het vet verzamelen dat ze nodig hebben voor hun lange migraties en voortplanting.’ ‘Zonder ruimtelijke beperkingen bestaat het risico dat de visserij in gebieden die bijzonder rijk aan krill zijn aanzienlijk zal toenemen’. Tijdens hun voedselseizoen, dat honderd dagen duurt, eten walvissen elke dag tot dertig procent van hun lichaamsgewicht aan krill – een bultrug verslindt bijvoorbeeld tot drie ton krill per dag. Als de zoogdieren tijdens deze kritieke periode geen of niet voldoende voedsel hebben, dalen hun voortplantingskansen en de overlevingskansen van hun kalveren dramatisch. ‘Het is niet zo dat ze zullen verhongeren,’ zegt Savoca. ‘Het grootste probleem is dat hun populatie niet groeit of stabiel blijft.’
De walvispopulaties in de ijskoude wateren rondom Antarctica herstellen zich pas sinds kort. In de twintigste eeuw doodde de industriële walvisvangst ongeveer drie miljoen walvissen. Populaties daalden met 98 procent. Pas in 1982 ratificeerde de Internationale Walvisvaart Commissie (IWC) een moratorium dat de commerciële walvisvangst wereldwijd verbiedt (hoewel vissersboten uit Japan, IJsland en Noorwegen onder bepaalde voorwaarden nog steeds op walvissen mogen jagen).
‘We weten dat bultruggen en vinvissen ongeveer 70 tot 75 procent van het krill rond Antartica consumeren,’ zegt Logan Pallin van de Universiteit van Californië. Terwijl bultruggen en gewone vinvispopulaties zich langzaam herstellen, blijven blauwe vinvissen ernstig bedreigd. CCAMLR, de organisatie die de levende rijkdommen in de Antarctische wateren moet beschermen, houdt onvoldoende rekening met de walvissen, vindt Pallin.
Maar het gaat niet alleen om de walvissen, maar ook om andere dieren. De krabbeneter, een type zeehond en met dertig tot veertig miljoen de meest voorkomende zeehondensoort ter wereld, bijvoorbeeld. Meer dan negentig procent van zijn dieet bestaat uit kleine garnaaltjes. Elk jaar consumeren zeehonden ongeveer tachtig miljoen ton krill, waardoor ze kwetsbaar zijn voor veranderingen in het voedselweb. Een studie in Nature suggereert dat verminderde beschikbaarheid van krill verantwoordelijk is voor de ‘dramatische afname’ van kinbandpinguïns (Pygoscelis antarcticus) op het Antarctisch Schiereiland.
‘Een krillvissersboot functioneert op dezelfde manier als een gigantische walvis,’ zegt Savoca. ‘Het richt zich specifiek op de dichtste krillafzettingen.’ Steeds grotere en efficiëntere schepen gebruiken akoestische sonarsystemen om het krill te vinden en zuigen hele zwermen rechtstreeks uit de oceaan. De trawlers gedragen zich als ‘industriële superroofdieren,’ zegt hij.
Antarctica wordt doorgaans beschouwd als een van de meest beschermde gebieden ter wereld, vooral dankzij het Antarctisch Verdrag en de Conventie over de instandhouding van de levende rijkdommen in de zee – CCAMLR. Maar tijdens de laatste CCAMLR-bijeenkomst in Australië werd pijnlijk duidelijk dat de onderhandelingen, die het zeeleven moeten beschermen, door geopolitieke spanningen worden overschaduwd. Het veto van China en Rusland maakte een einde aan een maatregel die krilltrawlers beperkingen oplegde. Dit laat zien hoe kwetsbaar de internationale consensus om het Antarctische ecosysteem te beschermen momenteel is.
Opvallend genoeg staat het Noorse visconcern Aker QRUILL Company niet te juichen. ‘Een stap in de verkeerde richting’, schrijft duurzaamheidsmanager Pål Skogrand in een persbericht van de ‘vereniging van verantwoordelijke krill oogstbedrijven’ (ARK). ARK, een lobbygroep waar Aker lid van is, zegt ‘teleurgesteld’ te zijn met het verstrijken van de krillbeschermingsmaatregeling en zegt geen ‘veranderingen in visserijpatronen’ te verwachten. De vloot zal eerst langs het Antarctisch schiereiland vissen, om daarna (zoals gebruikelijk) in maart naar het oosten te trekken, aldus Ark.
CCAMLR-adviseur Bettina Meyer wantrouwt de beloftes van de krillindustrie. ‘Er staat nu een ongelooflijke hoeveelheid druk op de ketel, vanwege de enorme vraag naar aquacultuur’, zegt Meyer. Bovendien heeft China plannen voor de bouw van vijf gloednieuwe krillschepen. ‘De visserij wil dus gewoon zoveel mogelijk vissen.’
In de ijskoude poolwateren is de jaarlijkse race om krill alweer volop in gang. De gigantische trawlers van de krillindustrie positioneren zich sinds medio december, het begin van het krillvisseizoen, al rond Antartica. De Chinese schepen en de drie trawlers van Aker – waaronder de 130 meter lange Antarctic Endurance, genoemd naar het beroemde expeditieschip van Ernest Shackleton – zijn al ter plaatse. Meer drijvende visfabrieken zijn onderweg naar de rijke visgronden van het meest afgelegen continent.
Het onderzoek voor dit artikel werd ondersteund door Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten en het Pulitzer Center on Crisis Reporting.